De voormalige rooms-katholieke kerk in Veenhuizen, vernoemd naar de heilige Hiëronymus Aemilianus (patroonheilige der wezen), kent een rijke historie, een unieke akoestiek.
De bouwmeester van het Rijk in het Veenhuizer complex, W.C. Metzelaar, kreeg de opdracht tot nieuwbouw in 1891. Het was een man die net als zijn vader en voorganger vasthield aan ambachtelijke stijl. Hij ontwierp een kerk in een enigszins neo-gotische stijl, maar eenvoudig en met een eigen karakter. Het werd een grote zaalkerk, zonder pilaren, met aparte zitplaatsen voor de ambtenaren en daarnaast nog eens 800 plaatsen voor de ‘verplichte bezoekers’.
Het plafond werd in hout – met versieringen – uitgevoerd in plaats van steen dan wel stucwerk. Die houten zoldering wordt gezien als de oorzaak van de voortreffelijke akoestiek in de kerk. De zaalkerk telt acht traveeën (gewelfvlakken), heeft hoge, grote boogvensters, met spitsbogen van natuursteen.
Gebruik in nadere afstemming met eigenaar de Nieuwe Rentmeester